Sucre - Santa Cruz - Nabeschouwing
Door: Charlottensteven
Blijf op de hoogte en volg Charlottensteven
03 Juni 2012 | Bolivia, Santa Cruz de la Sierra
Sucre, de officiele hoofdstad van Bolivia is naar onze mening net zo typisch Zuid-Amerikaans als een bol Goudakaas. Deze stad met zijn suikerwitte koloniale gebouwen en zijn door boompjes afgezoomde pleinen is volbloed Spaans. Had men ons gezegd dat we in Andalusie waren, we hadden het geloofd. Ook de omgeving waarin de stad gelegen is helpt mee aan deze continentenmisleiding. Sucre wordt namelijk omringd door licht glooiende heuvels en een laag gebergte waarvan de vegetatie gruwelijk veel gelijkenissen vertoond met deze van Midden-Spanje. Ja, zelfs de inwoners dragen bij tot de verwarring. Hier zijn de ‘indianen’ ver weg. Als je er al ziet zijn het spijtig genoeg vooral ouderen die via bedelen hun dagen aan elkaar moeten zien te knopen...In plaats daarvan zijn het stereotiepe ‘Spaanse’ deftige (stijve) besnorde heren in maatpak, hipsterdipster jongeren met veel te grote zonnebrillen en eksterig bejuweelde dames in ensembles die hier de plak zwaaien. Let wel, dit is een prachtige stad. De vele hagelwitte gebouwen hier doen ons voortdurend denken aan de mierzoete geglazuurde taarten die wij kennen van op huwelijksfeesten! Hetgeen de stad dan ook een sprookjesachtig en romantisch elan geven. We genieten hier trouwens vollop van de relatieve stilte en sereniteit. Is het de witte kleur die eenzelfde dempend effect heeft als een sneeuwtapijt bij ons? We weten het niet maar feit is wel dat deze stad een stuk rustiger en minder lawaaierig is dan alle andere steden die we tot nu toe in Latijs- Amerika bezocht hebben. Deze stad is een plek waar het overigens door het aangename klimaat en de steeds aawezige zon (stechts twee regenmaanden in een jaar) altijd vakantie lijkt te zijn. Als we mochten kiezen (en als we de kluiten hadden) dan zouden we als Boliviaan in (de binnenkern van) Sucre willen wonen. Sucre was tevens de stad waarin de Boliviaanse onafhankelijkheid werd uitgeroepen en waarin Simon Bolivar -voor even toch- het presidentschap aanvaarde alvorens hij deze gedesillusioneerd overgaf aan zijn maarschalk en goede vriend Mariscal Sucre die de stad daarna zijn definitieve naam gaf (hiervoor sprak men van Chuquisca, Charcas en La Plata).
El Ciudad Blanco -zoals Sucre ook genoemd wordt- mocht dan al de hoofdstad zijn, het werd in de 20ste eeuw door het kille La Paz -dat zich economisch in uptempo ontwikkelde- van de troon gestoten. Sucre verstarde in haar eigen koloniale conservatisme. Het gehele overheidsapparaat verlegde zich naar La Paz en ‘het lievelingskindje van Simon Bolivar’ verviel zodoende in een ‘papieren’ hoofstad. Misschien slecht voor het imago, maar allerminst voor haar cultureel patrimonium dat vermoedelijk door deze ‘winterslaap’ heel goed bewaard bleef. Vandaag de dag valt er dan ook nog heel wat moois te zien aan barokke kerken, statige (ex-overheids)gebouwen, ‘Zuid-Europese’ straten, sprookjesachtige kloosters en zelfs een heuse Pere Lachaise-achtige begraafplaats!
Kortom een leuke vakantiestad om enkele dagen door te flaneren. Uitstekend geschikt om in het zonnetje te zitten op de Plaza 25 Mayo met een drankje en aldaar de gezapige, relatieve bedrijvigheid van de dag af te schieten. Ja, voor le joix de vivre moet je hier in het vredige Sucre zijn!
Cal Orck’o of het echte “walking with dinosaurs”
Op een vijftal kilometer van het stadscentrum van Sucre werd in 1994 op de terreinen van een cementfabriek een mega paleontologische vonst gedaan. Micheal Crichton had zijn Jurrasic Park hier kunnen situeren want bij toeval stootten de fabrieksarbeiders op een 40m hoge en 2km brede klei-zandwand van 65 miljoen jaar oud waarop men de versteende pootafdrukken van maar liefst 40 verschillende dinosaurussen terugvond. Hiermee is deze plek dan ook -in zijn soort- de grootste ter wereld. Spectaculair! Een beetje uitleg misschien over het ontstaan van dit natuurwonder.
Ooit was hier een groot ondiep modderig meer waarin de verschillende prehistorische kolossen naar voedsel en water zochten of doorheen wandelden. Na het uitdrogen van het meer versteenden de afdrukken en werden ze bedekt door nieuwe sedimenten. Door wat tectonisch gerommel stuwde het hele gebied op. Hierdoor kwam ze in een haast verticale positie te staan om zoveel miljoenen jaren later herontdekt te worden. Fantastisch.....Tot hier het gehoera en gejoepijee want deze plek mag dan al van belang zijn voor de gehele mensheid, echt onderhouden wordt ze niet. Jawel, men heeft naast de wand een modern bezoekerscentum gebouwd waarin je een minumum aan informatie kunt krijgen en waar je vooral leuke foto’s kunt schieten van jezelf naast een plastieken model van een of ander beest die er 65 miljoen jaar geleden rondhuppelde, maar de wand zelf wordt aan zijn lot overgelaten! De gevolgen zijn bijgevolg dramatisch. Door regen en wind is de -tot nu toe nog steeds- onbeschermde dinomuur stukje bij beetje aan het instorten en eroderen de sporen dag na dag meer en meer weg...Als er niet dringend maatregelen getroffen worden zal dit natuurhistorische juweeltje dan ook binnen enkele jaren volledig verdwenen zijn. Doodjammer want mens, als je hier voor deze indrukwekkende geschiedkundige spiegel staat heb je echt niet veel extra fantasie nodig om in gedachten een sluwe hongerige carnotaurus vanuit het struikgewas te zien gluren naar een nietsvermoedend groepje gigantosaurussen die zich aan het meer komen laven.
Walking with dinosaurs, ja hier in het echt, als hun ‘walkings’ binnenkort tenminste niet letterlijk door de tijd uitgeveegd zullen zijn...
De bus
De busrit naar Santa Cruz was weerom een hele belevenis. Omdat de maatschappij waarbij we geboekt hadden hun ‘bak’ niet volledig vol gekregen hadden, werden we op de bus van een andere companie gestopt. Hierdoor moesten we wel wat minder betalen maar eveneens ook heel wat aan comfort inboeten. Nu, wij waren al blij dat we een bus en een zitplaatsje hadden. Iets wat niet van onze bijna volledig Boliviaanse medereisgroep gezegd kan worden. We zagen straatarme indianenmoeders -zoals steeds overbepakt en bezakt- die met hun kinderen in de tussengang moesten zitten en waarvan deze misselijk werden en bijgevolg heel de rit aan het braken waren....En dit op een rit van 18 uur! We hadden een bustoilet dat stuk was waardoor de bus op gezette tijden in the middle of nowere halt moest houden en iedereen in een straal van 20m rond de bus zijn ‘ding’ moest doen. De airco was naar de wup net zoals zowat alles aan het wrak waarmee we reden. De chauffeur stond stijf van het cocakauwen en werd bijgestaan door twee copiloten die zelf niet reden maar er vermoedelijk waren om hem wakker te houden. De weg waarop we hadden moeten rijden was trouwens letterlijk weg. Enkel nog een veel te smal zandpad tussen nauwe bergkloven en langs metersdiepe ravijnen waarop we ons aan een gemiddelde snelheid van 30km/u voortsleepten.... Dit was el bus de los pobres on a highway to hell, an oddysey on a boulevard of broken dreams, a doomed mission on a road to nowhere. Enfin, alles konden we verdragen...alles, behalve dat van die moeders met hun kinderen. Wij immers konden er nog “om lachen” want wij hadden het vooruitzicht op een goed hostal... Maar wat was het perspectief van die moeders? Waar zouden zij de volgende nacht hun kind te slapen leggen? Wat was hun toekomst....
Ja, in die zin was deze bussrit een metaforische afspiegeling van hun leven. Een constante ploetertocht door tal van (levens)hindernissen in een bestaan dat zelf al uitpuilt van de grote en kleine (fysieke, psychische en sociale) problemen op een weg naar... nergens. Vreselijk!
Santa Cruz
Over Santa Cruz valt er niet zo heel veel te vertellen. De stad heeft weinig historisch interessante gebouwen en geen uitzonderlijke schoonheid. Toch, is het geen onaangename stad. Integendeel, dit is het broeiende hart van het ‘nieuwe’ Bolivia. Dankzij de gas-en oliewinning in het nabijgelegen regenwoud stroomt er heel wat geld in het laadje en boomed de economie als nergens anders. De bevolking is jong, uiterst modern en wil vooruit. Ook zijn de straten hier uitzonderlijk proper en goed onderhouden wat het geheel een frisse uitstraling geeft. Bovendien is het klimaat er -ondanks de tropische ligging- niet constant ‘drukkend’ door de aangename wind die er vaak voorkomt en heerlijk verkoeling brengt. Ja, deze stad bruist! En dan moet het leukste van Santa Cruz nog komen! Deze stad heeft immers een stratenplan waarop urbanisten als Hausemann, Le Corbusier en Lucio Costa alleen maar jaloers kunnen zijn. Het principe is doodsimpel maar mega-efficient. Het basisidee is een beetje zoals onze middeleeuwse steden met een centraal gelegen plein en straten die erop uitkomen. Alleen heeft men hier ook goed nagedacht over de zogenaamde verbindingsstraten. Geen spinnenweb dus maar eerder een grote schietroos waarbij de verbindingsstraten grote concentrische cirkels vormen. Ook het verkeer in de straten wordt volgens een ingenieus eenrichtingsverkeersprincipe in goede banen geleid en ronde punten moeten helpen om van de ene cirkel in de andere te draaien. Fantastisch en harmonieus allemaal, en dat in het anders zo chaotische Bolivia! Ok, het blijft natuurlijk Bolivia want er is een iets waar ze nog serieus werk van zullen moeten maken. Het plaatsen van verkeerslichten op de hoeken van alle kleinere cirkel-en centrumverbindingsstraten is echt wel noodzakelijk. Nu geldt nog het principe van de grootste en de sterkste, iets wat vanzelfsprekend niet altijd zo aangenaam is hier als kleine, zwakke voetganger....Maar soit, ’t is een schoonheidsfoutje dat makkelijk opgelost kan worden. Het verdict van Santa Cruz.....Naar onze bescheiden mening: de toekomst van Bolivia!
Nabeschouwing
Gedurende de drie weken dat we in Bolivia verbleven ontdekten we dat dit land evenveel gelijkenissen als verschillen vertoont met buurland Peru. Op vlak van vriendelijkheid (of het gebrek hieraan) moeten de Bolivianen zeker niet onderdoen voor hun noorderburen. De mijnwerkers van Potosi waren superwarme mensen. De verkoopsters in de Pollosnackbars echter leken vaak net als hun koopwaar zelf ook pas uit de diepvries te komen.
Huizen bouwen is evenzeer als in Peru pure chaos creeeren. Al moet gezegd dat het metselwerk wel properder was en men al veel meer gebruik maakt van snelbouwstenen in plaats van adobe.
Ooh ja, hier eveneens lama’s, alpaca’s en vicuna’s bij de vleet...En die eersten waren bovendien nog lekker ook!
Maar dan, die natuur... Ja, hier heb je echt wel een heel groot verschil met buur Peru. Niet zozeer in de zin dat de Peruaanse natuur minder indrukwekkend is. Neen, eerder omdat men hier de eigen spectaculaire natuur zo miskent. Op natuur toeristisch potentieel vlak is Bolivia bij wijze van spreken ‘het land dat de tanden poetst met champagne’. Welke kansen men hier laat liggen! Onvoorstelbaar. Ja, hun Salar weten ze gelukkig al naar waarde te schatten... Maar ze hebben nog zoveel meer, waar ze tot vandaag niets mee aanvangen! Men zou hier canyontochten kunnen organiseren. Bergwandelingen kunnen uitzetten. Cloudforestexploratie kunnen doen, trektochten kunnen uitstippelen in de halfwoestijnen, enzovoort. Bolivia heeft een ongelofelijk dichte concentratie aan de meest uiteenlopende landschappen. Altiplano, salars, berglanden, heuvelwoestijnen, nevelwouden, regenwoud, canyons, prachtige rotsmassieven, ‘mediterane’ valleien... Wonderbaarlijk allemaal!
Ja, dit land heeft op sociaal en cultureel vlak misschien net ietsje teveel zaken gemeen met haar grotere broer ‘van boven.’ Daarom net zou het haar natuurlijke troef veel meer moeten uitspelen.
Iedereen kent Peru. En als men nog wat tijd over heeft dan pikt men eventueel nog een stukje van Bolivia mee...Waarmee men dan hoofdzakelijk de Salar bedoelt. Doodzonde, want dit land is zoveel meer dan enkel die veel te grote zouthoop!
Kortom een beetje een miskend land dat voor een stukje ook zichzelf miskent...
Laat ons daarom hopen dat de vitaliteit en de ondernemingszin van Santa Cruz zich over het hele land mogen verspreiden zodat alle Bolivianen hun eigen initiele mogelijkheden zouden inzien. Als dat ooit gebeurt is het immers niet onmogelijk dat de verhouding tussen grote broer Peru en klein broertje Bolivia best wel eens zouden kunnen omwisselen .
Soit, iets totaal anders nog...In Santa Cruz draaien de straten in cirkeltjes en wij hebben op dit moment van onze reis ook een beetje het gevoel dat we rondjes aan het draaien zijn. Tijd dus voor een Copernicaanse wending dachten we! Zodoende hebben we beslist om toch nog dieper naar het zuiden van Argentinie af te zakken.
Of anders gezegd (na Iguazu)....Patagonie here we come!
https://picasaweb.google.com/106848438480431269504
-
04 Juni 2012 - 07:54
Carla Haghebaert:
Heeeeerlijk verslag !
Ik ben bang dat we jullie niet weer zien, dat jullie een ministerie van toerisme gaan ontwikkelen in Bolivië.
Steven, zie je daar ook de 'venuswending' ( of zoiets ) ?
Wij kunnen dit hier woe-ochtend meemaken !
Bij zulke berichtgeving denk ik direct aan jou, é.
Vele groeten en geniet daar 'onderaan' é. ;)) -
05 Juni 2012 - 20:46
Charlotte & Steven:
Hallo Carla,
Wees gerust we komen terug en we zullen heel veel gespreksstof meebrengen! Van de Venuswendig hebben we hier nog niets gehoord. Wat we wel in de plaats gekregen hebben is: een Grote Beer op zijn kop, een zon die in de 'verkeerde' richting draait, een Zuiderkruis ter compensatie van de poolster en wonderbaarlijke nachten met sterrenhemels waarbij het soms lijkt alsof we de melkwegnevel als een suikerspinsliert uit de lucht zouden kunnen plukken. Adembenemend!
vele groeten
Charlotte & Steven
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley